Paragrafen en alinea's in scripties

Vrijwel alle scripties bestaan uit paragrafen en alinea’s. Dit geldt niet alleen voor scripties, ook essays en andere academische teksten zijn opgedeeld in paragrafen en alinea’s. Paragrafen en alinea’s geven structuur aan een academische tekst en maken het overzichtelijk voor de lezer. Het kan helpen om nog even door te nemen wat paragrafen en alinea’s precies zijn en hoe je ze op de juiste manier vormgeeft en inzet. Op deze pagina lees je alles over paragrafen en alinea’s. Zo weet je precies hoe je het schrijven van paragrafen en alinea’s in een scriptietekst moet aanpakken.

Wat is een paragraaf in een scriptie?

Een paragraaf is een deelonderwerp in een scriptie dat wordt behandeld in een aparte sectie. Een hoofdstuk bevat meerdere paragrafen, waarin het hoofdonderwerp dus in stukjes wordt gehakt. Er wordt alleen gebruik gemaakt van paragrafen als je het hoofdonderwerp in verschillende delen kunt bespreken. Als alles dat je wilt bespreken nauw met elkaar samenhangt, wordt dit lastiger. Een scriptie is meestal zo uitgebreid dat je eigenlijk altijd gebruikmaakt van verschillende paragrafen.

Met paragrafen maak je dus een duidelijk onderscheid tussen verschillende deelonderwerpen. Paragrafen maken een scriptie overzichtelijk, omdat de lezer makkelijk kan zien waar hij of zij bepaalde informatie kan vinden.

Wat is een alinea in een scriptie?

Paragrafen bestaan uit alinea’s. In principe is een indeling in alinea’s een verdere specificering van deelonderwerpen binnen het onderwerp van de paragraaf Een alinea is een kort stukje tekst dat één idee of kerngedachte behandelt. Een alinea begint met een kernzin waarin je het kernargument van die alinea beschrijft. In de rest van de alinea ga je dit argument onderbouwen. Dit kun je doen door middel van voorbeelden of bewijs. Bij een nieuw argument begin je een nieuwe alinea. Elke alinea begint op een nieuwe regel en in sommige gevallen laat je de eerste regel inspringen. Dit ligt aan de eisen die worden gesteld vanuit je studie.

Hieronder zie je een handige visualisering van het steeds verder opsplitsen van het hoofdonderwerp in paragrafen en alinea’s.

Wat zijn de regels bij paragrafen?

Hieronder volgen de regels die gelden bij paragrafen, met een uitleg per regel.

  • Wat
    In een paragraaf bespreek je een deelonderwerp. Het is een kleiner gedeelte van het hoofdonderwerp van je scriptie of hoofdstuk. In een paragraaf ga je alleen in op dat ene gedeelte. Je kunt bijvoorbeeld in elke paragraaf met een ander perspectief een bepaald onderwerp bekijken. Of je gaat bijvoorbeeld in op verschillende deelaspecten van een bepaalde cultuur.

  • Wanneer
    Je gebruikt paragrafen als je het hoofdonderwerp kunt opdelen in deelonderwerpen. Dit moeten er in ieder geval meer zijn dan twee. Als dit niet zo is gebruik je geen paragrafen, maar blijft het één hoofdstuk.

  • Hoe
    Een paragraaf krijgt altijd een titel. Als de hoofdstukken genummerd zijn, moet je ook de paragrafen nummeren. De paragrafen van hoofdstuk 2 worden dan bijvoorbeeld: 2.1, 2.2 en 2.3. Tussen de paragrafen komt altijd een witregel.

  • Lengte
    De lengte van een paragraaf hangt af van jouw onderzoeksveld en van hoeveel woorden de scriptie mag hebben. Zorg er wel voor dat de paragrafen allemaal ongeveer even lang zijn.

  • Subparagrafen
    Je kunt je paragrafen ook nog onderverdelen in subparagrafen. Dit doe je alleen als hier ook weer meer dan twee deelonderwerpen in te onderscheiden zijn, anders zijn er te weinig deelonderwerpen om de subparagrafen lang genoeg te maken. Subparagrafen nummer je met een derde nummer. Het wordt dan: 1.1.1, 1.1.2, 1.1.3. Subparagrafen hoef je niet te vermelden in de inhoudsopgave.

Wat zijn de regels bij alinea's?

Hieronder volgen de regels die gelden bij alinea’s, met een uitleg per regel.

  • Wat
    In een alinea bespreek je één idee of kerngedachte.

  • Wanneer
    Je gebruikt alinea’s om kerngedachten te structureren. Met alinea’s is het duidelijk voor de lezer wanneer je een nieuwe gedachte of nieuw idee gaat bespreken.

  • Hoe
    Je begint een alinea altijd op een nieuwe regel, eventueel laat je de eerste zin inspringen. Dit doe je niet bij de eerste alinea van een hoofdstuk of paragraaf. De kernzin vormt de eerste zin van de alinea. In de rest van de alinea geef je voorbeelden of bewijs voor deze gedachte. Alinea’s kun je met elkaar verbinden door middel van verbindingswoorden. Verbindingswoorden kondigen bijvoorbeeld een oorzaak-gevolg relatie, een voorbeeld, een bewijs, een verklaring of een conclusie aan. Voorbeelden van verbindingswoorden zijn: een voorbeeld hiervan is, hierdoor, daardoor, doordat, vervolgens, om, zoals, dus, ook.

  • Lengte
    Een alinea moet in ieder geval langer zijn dan één zin, maar idealiter tussen de 100 en 200 woorden. Dit hangt deels af van je onderzoeksveld. Daarnaast is het mooi als de alinea’s ongeveer even lang zijn. Zo behoud je een bepaalde structuur in de alinea’s. Te korte of te lange alinea’s staan niet mooi en je beoordelaar kan je hierop afrekenen op het gebied van lay-out en structuur.

Kenmerken van paragrafen en alinea’s

Om je tot slot nog eens extra te helpen begrijpen wanneer iets een paragraaf is en wanneer een alinea, hebben we een handige tabel voor je gemaakt aan de hand van veelgestelde vragen.

Vraag Paragraaf Alinea
Wat bespreek je erin?
Je bespreekt een specifiek onderdeel met betrekking tot het hoofdonderwerp van je tekst.
Je bespreekt een thema binnen de paragraaf (of binnen het hoofdonderwerp, in het geval je geen paragrafen gebruikt)

Of de alinea dient om informatie in te leiden, af te sluiten of alinea’s/paragrafen te verbinden.
Wat moet hierin voorkomen?
Een paragraaf moet altijd een specifiek onderdeel van je hoofdonderwerp behandelen. Dus wanneer je alle kanten van het hoofdonderwerp al behandelt, dan is het geen paragraaf.

Gebruik kopjes om aan te duiden dat het om een paragraaf gaat.
In een alinea staat altijd een kernzin. Dit is de eerste, laatste of tweede zin (na een inleidende zin).

Gebruik verbindingswoorden om je alinea’s samen te voegen tot een geheel.
Hoe is de opmaak?
Er staat een witregel tussen iedere nieuwe paragraaf en je duidt deze aan met een kopje, eventueel voorafgegaan door een paragraafnummer. De exacte opmaak is afhankelijk van de richtlijnen die je hanteert (zoals APA of Turabian).
Je begint een nieuwe alinea op een nieuwe regel. Je kunt ervoor kiezen om deze in te laten springen. Dit is afhankelijk van de richtlijnen die je hanteert (zoals APA of Turabian).
Hoeveel zijn er van in een scriptietekst?
Je gebruikt bij voorkeur paragrafen en paragraafnummers, zoals 1.1 en 2.3, als meer dan 2 paragrafen in een hoofdstuk in het midden van je tekst voorkomen. Daarnaast kun je subparagrafen gebruiken, zoals 1.1.2 en 2.1.3.
Per paragraaf gebruik je meestal twee of meer alinea’s – afhankelijk van de hoeveelheid subonderwerpen die je behandelt.
Wanneer gebruik je ze niet?
Je gebruikt geen paragrafen in een (korte) tekst waarin je geen specifieke deelonderwerpen bespreekt.

Je gebruikt meestal geen paragrafen in je inleiding of in je conclusie.

Je gebruikt geen paragrafen in je scriptie als je deelonderwerpen niet apart van elkaar kunt bespreken.
Alinea’s komen altijd voor, in iedere tekst en ieder hoofdstuk. Alinea’s komen ook bijna altijd voor in paragrafen.
Hoe lang zijn ze?
De lengte van paragrafen is afhankelijk van de lengte van je tekst. Een paragraaf bestaat meestal uit twee of meer alinea’s. Het kan voorkomen dat een subparagraaf maar uit één alinea bestaat.

Paragrafen dienen ongeveer even lang te zijn (met een max. verschil van 200 woorden).
Een alinea moet uit meer dan 1 zin bestaan. Een alinea mag maximaal zo lang zijn als anderhalve pagina. Idealiter is een alinea tussen 100 en 200 woorden.

Aanbevolen is om alle alinea’s ongeveer even lang te laten zijn.

Hulp van een professional

Het indelen van je onderzoek in paragrafen en alinea’s kan best ingewikkeld zijn. Maar als je eenmaal aan de slag gaat, en na het raadplegen van enkele voorbeelden, zal het allemaal op zijn plek vallen. Twijfel je echter aan het niveau van je scriptie? Heb je moeite met het verwerken van het commentaar van je beoordelaar? Schakel dan professionele scriptiehulp van Scriptium in. Onze experts hebben al meer dan 10.000 studenten geholpen bij het schrijven en verbeteren van hun scriptie. Daarbij staan zij 7 dagen per week voor je klaar. 

Mijke - contentschrijver

Mijke is blogschrijfster bij Scriptium. Ze studeerde Interieurarchitectuur aan ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten en studeert nu Design Cultures aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Naast haar passie voor schrijven houdt ze van lezen en toneelspelen. In haar vrije tijd wandelt ze graag door het mooie Amsterdam.

Mijke - contentschrijver

Mijke is blogschrijfster bij Scriptium. Ze studeerde Interieurarchitectuur aan ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten en studeert nu Design Cultures aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Naast haar passie voor schrijven houdt ze van lezen en toneelspelen. In haar vrije tijd wandelt ze graag door het mooie Amsterdam.

2 reacties

  1. Hallo Scriptium. Ik heb problemen met mijn alinea’s volgens begeleider op school. Ik weet niet eens precies wanneer ik een nieuwe alinea moet beginnen en hoe lang dat moet zijn. Kunnen jullie helpen?

  2. In principe begin je een nieuwe alinea als aan twee voorwaarden is voldaan:
     
    – Er begint een nieuw onderwerp of subonderwerp
     
    – In de vorige alinea zijn er al heel wat zinnen geschreven. Een alinea mag dus niet buitenproportioneel lang zijn. In elk geval niet langer dan één pagina. De gewenste lengte is ongeveer 6 à 7 zinnen.

Laat een reactie achter

Je hebt al gestemd op dit artikel. Bedankt :-)
Wat vind jij van dit artikel?