Waarom kies je voor beschrijvend onderzoek?

Je kunt er bij een scriptie of thesis voor kiezen om een beschrijvend onderzoek te doen. Vanwege de onderzoeksvraag of de aard van het onderwerp gaat het dan niet om een strak omschreven hypothese die wordt getoetst. Je kunt kiezen voor beschrijvend onderzoek omdat er te veel variabelen zijn die interessant zijn om met een hypothese te onderzoeken. Of omdat de variabelen nog niet zo duidelijk in een strak onderzoeksontwerp zijn te passen. Als de vraag dus minder gaat om het toetsen van een hypothese of het onderzoeken van een verband, is een beschrijvend onderzoek geschikt. Zo kan de onderzoeksvraag bij een beschrijvend onderzoek gaan over hoe de handelsbetrekkingen van Nederland met Japan in de 17e eeuw eruitzagen. Dan ga je beschrijven wat die handelsbetrekkingen waren en bijvoorbeeld hoeveel goederen heen en weer gingen. Een toets of het onderzoeken van verbanden past dan niet.

Als je hebt gekozen voor een beschrijvend onderzoek voor het beantwoorden van de onderzoeksvraag, kun je vervolgens de keuze maken tussen een kwalitatief of kwantitatief onderzoek.

Wat is kwalitatief beschrijvend onderzoek?

Kwalitatief beschrijvend onderzoek betekent dat je de opvattingen of visies op een bepaalde situatie, gebeurtenis of populatie onderzoekt. Cijfers doen er dan niet of minder toe. Je beschrijft de onderzochte situatie of het onderzochte verschijnsel in woorden. Vaak staat de beleving van een onderzochte groep centraal. Maar het kan ook gaan om de beschrijving van een (historische) gebeurtenis.

Idealiter gebruik je dan verschillende bronnen om het ene verhaal tegen het andere te houden. Zodra er verschillen in de verhalen optreden, zou je kunnen achterhalen waarom die verschillen er zijn en hoe die verschillen opgelost kunnen worden. Kwalitatief beschrijvend onderzoek is dus soms meer dan alleen interviews afnemen of teksten bestuderen. Je kunt voor kwalitatief beschrijvend onderzoek gebruikmaken van observaties, schriftelijke bronnen of interviews met deskundigen dan wel leden van een groep waar je meer van wilt vernemen.

Wat is kwantitatief beschrijvend onderzoek?

Bij kwantitatief beschrijvend onderzoek gaat het om ‘harde’ cijfermatige gegevens. Zo’n onderzoek wordt meestal onder een groot aantal personen of elementen gehouden. Het is doorgaans oppervlakkiger, maar daar staat tegenover dat de uitkomsten generaliseerbaar zijn.

Er bestaan veel kwantitatieve onderzoeksmethoden om kenmerken of verbanden van een bepaalde populatie of situatie te beschrijven.

Welke kwalitatieve of kwantitatieve methode je gebruikt, is een keuze die je zelf maakt. De keuze wordt vaak ingegeven door hoe je binnen de mogelijkheden een goed antwoord op de onderzoeksvraag kunt krijgen.

Betrouwbaarheid en validiteit bij beschrijvend onderzoek

Betrouwbaarheid gaat om de vraag in hoeverre dezelfde resultaten verkregen worden bij herhaling van het onderzoek. De betrouwbaarheid van kwalitatief onderzoek is afhankelijk van de verifieerbaarheid van de verkregen resultaten. Kun je erachter komen of hetgeen bron A beweert ook bevestigd wordt door bron B? Hoe kom je erachter dat A en B wel of niet een vertekend beeld geven van wat er is gebeurd? Om de betrouwbaarheid te vergroten is het daarom van belang wetenschappelijke bronnen in een literatuurlijst op te nemen en in de tekst van het onderzoek.

Validiteit betekent dat je meet wat je daadwerkelijk wilt meten. Dat is onder meer afhankelijk van hoezeer de vragen die je in een enquête of interview stelt goed te begrijpen zijn, en of de beschreven literatuur klopt. Zo kun je de validiteit van een scriptie vergroten door bij de theorie na te gaan hoe herkenbaar deze is voor geïnterviewde experts. Klopt wat je hebt geschreven volgens de geïnterviewden?

Visuele en cijfermatige weergaven bij beschrijvend onderzoek

Bij kwantitatief beschrijvend onderzoek kies je ervoor om meer de cijfers te laten spreken dan de woordelijke gegevens uit verhalen. Je splitst de onderzoeksvraag op in variabelen die iets zeggen over jouw onderwerp. Dan werk je tests of observaties uit. Voor de observaties stel je een meetplan op, waarin scores de kenmerken van een populatie of gebeurtenis in cijfers uitdrukken. Zonder toetsen of schattingen doe je vervolgens verslag van de cijfers, die bij elkaar antwoord geven op je onderzoeksvraag. Daarvoor gebruik je bijvoorbeeld:

  • Rechte tellingen: aantallen van geobserveerde gebeurtenissen of populatiekenmerken.

  • Frequentietabellen: samenvatting van afzonderlijke scores die binnen intervallen zijn gebundeld.

  • Kruistellingen in kruistabellen: aantallen, geordend naar categorieën.

  • Beschrijvende statistieken, zoals: percentages van categorieën, range, percentielen, modus, mediaan, gemiddelde, variantie, standaarddeviatie of associatiematen.

  • Diagrammen of plaatjes van cijfers, zoals histogrammen, staafdiagrammen, piecharts, scatterplots of puntenwolken, curves of grafieken met frequentieverdelingen.

  • Boxplots als plaatje waarin de belangrijkste beschrijvende statistieken grafisch zijn weergegeven.

Steekproef en beschrijvend onderzoek

Voor je onderzoek benader je de gehele populatie of een steekproef uit de populatie. Dat is afhankelijk van of je alle elementen uit een verzameling of slechts een gedeelte kunt gebruiken. Zo kun je bij een onderzoek over de verhuizing van Amsterdam naar Beekbergen tijdens de coronaperiode alle mensen die van Amsterdam naar Beekbergen zijn verhuisd interviewen, om te beschrijven wat hen trok om naar Beekbergen te verhuizen. Dat is dan de hele populatie. Je bent echter doorgaans beperkt in je mogelijkheden om alle elementen van de steekproef te onderzoeken. Bij kwantitatief beschrijvend onderzoek gelden dezelfde beperkingen.

Resultaten van beschrijvend onderzoek

Als je bent uitgegaan van een kwalitatief beschrijvend onderzoek, baseer je de uitkomsten van je onderzoek op een inhoudsanalyse van de gegevens. Je beschrijft dan in een logisch samenhangend verhaal welke kenmerken sprekend zijn voor een populatie of welke verbanden je uit de bronnen hebt afgelezen. Zo kom je bijvoorbeeld tot een verhaal over de redenen waarom mensen tijdens de coronaperiode van Amsterdam naar het platteland zijn verhuisd. Natuurlijk kun je een kwalitatief beschrijvend onderzoek altijd verrijken met beschrijvende statistieken, maar dat is dan niet de hoofdmoot.

Als je bent uitgegaan van een kwantitatief beschrijvend onderzoek, baseer je de uitkomsten van het onderzoek op datareductie. Dit is het volgens een systematische aanpak reduceren van alle getallen tot een beknopt cijfermatig overzicht. Zo kun je bij het eerdergenoemde voorbeeld iets aangeven over de omvang van de verhuizing van de stad naar het platteland. Dat kan bijvoorbeeld in een frequentietabel, opgedeeld in opleidingsklassen en hoogte van het inkomen.

Conclusies en aanbevelingen vervolgonderzoek

Je voert een beschrijvend onderzoek uit om een onderzoeksvraag te beantwoorden. In het eerder gegeven voorbeeld beschrijf je dan bijvoorbeeld de redenen waarom mensen de stad hebben verlaten, en/of het aantal mensen dat de stad heeft verlaten in een bepaalde periode.

Aan het slot van het beschrijvende onderzoek verbind je een conclusie aan de resultaten. Je kunt bijvoorbeeld als socioloog in de trek van Amsterdam naar het platteland een bevestiging zien van de theorie over de ‘comparative levels of alternatives’: als het verschil tussen de huidige situatie en een mogelijk andere situatie groot genoeg is, dan pas maken mensen de sprong naar een andere situatie. Afhankelijk van je onderzoeksopdracht geef je aan of er ook andere redenen kunnen zijn – anders dan alleen corona – om van Amsterdam naar Beekbergen te verhuizen, en wat dit kan betekenen.

Een ander voorbeeld: als sociaalgeneeskundige kun je de redenen van ziekteverzuim onder jonge, hoogopgeleide maar laagbetaalde medewerkers in kaart brengen. Op grond van het beschrijvende onderzoek naar het verzuimbeleid kun je je zorgen uitspreken over het ziekteverzuim en voorstellen dat nader onderzoek dringend nodig is. Beschrijvend onderzoek kan dus afgerond worden met een voorstel voor vervolgonderzoek. Beschrijvend onderzoek kan ook de opstap zijn om op basis van de feiten en cijfers het bestaande beleid te heroverwegen.

Voor de aanbevelingen van een beschrijvend onderzoek bestaan geen vastomlijnde wetten of voorschriften. Als jij als schrijver van een scriptie ontdekt dat het leven aan boord van een cruiseschip voor de bemanning een vlucht is uit bittere armoede, dan is het jouw keuze of je daar aanbevelingen aan toevoegt over meer menswaardige arbeidsomstandigheden. Als je als bedrijfsgeneeskundige de indruk hebt dat er geen doorslaggevende reden is om de Arbeidsinspectie te waarschuwen voor ziekteverzuim, kun je de aanbevelingen achterwege laten. Uiteraard is het opnemen van aanbevelingen in een scriptie ook afhankelijk van de aard van de onderzoeksvraag en de richtlijnen van je opleiding.

Hulp bij statistiek nodig? Schakel een professionele begeleider van Scriptium in

Heb je moeite met statistiek? Wens je hulp te krijgen bij SPSS, STATA of R? Scriptium heeft 7 dagen per week professionele statistiekbegeleiders beschikbaar. Of je nu hulp bij statistiek in je scriptie wilt hebben, of bijles statistiek nodig hebt, we staan direct voor je klaar. Neem vandaag nog contact met ons op, en we komen snel bij je terug.

Auteur: Ryu Jamanota 
Motto: Beter weten door zuiver meten
 

De auteur gebruikt statistiek voor het analyseren van productie- en dienstverleningsprocessen. Aan de hand van statistische analyses onderzoekt hij of een bedrijfsproces langs de kortste weg levert wat er bedoeld is en of het proces ook beheersbaar en betrouwbaar verloopt. 

Laat een reactie achter

Je hebt al gestemd op dit artikel. Bedankt :-)
Wat vind jij van dit artikel?