Wat is een hoofdvraag?

Het eerste wat je moet doen in het scriptieproces is het opstellen van een goede hoofdvraag. Dit helpt je om een focus aan te brengen in je onderzoek. Het kan best moeilijk zijn om een goede hoofdvraag op te stellen. Daarom is het belangrijk om het hier goed met je scriptiebegeleider over te hebben. Je kunt namelijk pas beginnen aan je onderzoek als je een goede hoofdvraag hebt geformuleerd. Op deze pagina lees je alles dat je moet weten over het formuleren van een hoofdvraag. Zo maak jij een goede start met je scriptie.

Onderwerp

Allereerst kun je bij jezelf nagaan in welk onderwerp je geïnteresseerd bent. Bij sommige studies is er een aantal onderwerpen waar je uit kunt kiezen. Bij andere studies is deze keuze helemaal vrij. Er is vast iets binnen jouw studiegebied waar jij je het liefst in verdiept. Schrijf deze onderwerpen op. Een voorbeeld bij een studie kunstgeschiedenis is het onderwerp Russisch constructivisme. Een ander voorbeeld is religie in Nederland bij een studie sociologie. Vervolgens kun je gaan kijken met welk onderwerp je aan de slag gaat. Je kunt jezelf vragen stellen als:

  • Is er genoeg over een onderwerp geschreven om er onderzoek over te doen?

  • Welk onderwerp vind ik het meest boeiend?

  • Welk onderwerp is relevant in de huidige tijd?

Object

Een onderwerp is vaak nog niet specifiek genoeg om een hoofdvraag bij te stellen. Vaak komt er ook een object bij kijken. Dit kan een letterlijk object zijn, bijvoorbeeld een schilderij van Kazimir Malevitsj. Maar het kan ook iets minder vast zijn. Zo kan een object bijvoorbeeld een bepaalde samenleving in Scandinavië zijn. Het object is eigenlijk datgene waar jij je onderwerp op toepast. Het is het specifieke gedeelte dat jij gaat onderzoeken. Door een object te kiezen maak je jouw onderzoek specifieker. Zo vermijd je dat het onderzoek te groot wordt en kun je diep op een klein gedeelte ingaan.

Probleemstelling

Het kan ook zijn dat jouw hoofdvraag uit een probleemstelling komt. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn bij hbo-opleidingen en praktische studies. Bij een probleemstelling doe je eigenlijk onderzoek dat kan helpen bij het zoeken naar een oplossing. Vaak geef je uiteindelijk niet de letterlijke oplossing, maar kan jouw onderzoek helpen bij het maken van een beslissing voor de mensen die bij het probleem betrokken zijn.

Hoe formuleer je een goede hoofdvraag?

Als je precies weet naar welk onderwerp je onderzoek wilt doen, dan kun je beginnen met het formuleren van je hoofdvraag. Een goede hoofdvraag is:

  • Onderzoekbaar

  • Haalbaar

  • Origineel

  • Voldoende complex (geen ja- of nee-vraag)

  • Relevant

  • Specifiek

  • Focust zich op één probleem

Er zijn een paar eisen waaraan bijna elke hoofdvraag moet voldoen. Deze eisen kun je gebruiken om jouw geformuleerde hoofdvraag te toetsen.

  • Open vraag. De eerste belangrijke eis is dat een hoofdvraag vaak een open vraag moet zijn. Dit betekent dat de vraag niet met ja of nee beantwoord mag worden. Het mag ook geen vraag zijn waarin het antwoord een keuze is tussen twee dingen. Bij een open vraag is het antwoord vaak langer en diepgaander.

  • Je weet het antwoord nog niet. Het klinkt misschien voor de hand liggend, maar het kan nog best lastig zijn om dit te voorkomen. Soms kiezen studenten een vraag waar ze al een antwoord op denken te hebben. Het is namelijk best spannend om aan een nieuw onderzoek te beginnen waarvan je nog niet weet wat de uitkomst zal zijn. Vertrouw op jezelf en het proces. Het is juist leuk om iets te onderzoeken dat je nog niet weet, ondanks dat het prima zo kan zijn dat je al een idee hebt van wat het antwoord zou kunnen zijn. Je zult verrast worden door de resultaten.

  • Geen subjectieve vraag. Stel geen vragen die niet onderzocht kunnen worden. Dit is bijvoorbeeld het geval bij een subjectieve vraag. Een voorbeeld is: ‘hoe kan een mens gemotiveerd worden?’ Hier zullen de resultaten zo subjectief zijn dat er geen conclusies uit worden getrokken. De antwoorden zullen namelijk per persoon verschillen. Een subjectieve hoofdvraag weerhoudt je ervan een goed onderzoek uit te voeren met betrouwbare resultaten.

  • Het is één vraag. Een goede specifieke hoofdvraag kan best lang zijn, maar dit hoeft niet erg te zijn. Zorg er echter wel voor dat je maar één vraag stelt in jouw hoofdvraag. Het kan zijn dat je onbewust twee vragen stelt, let hier dus goed op. Een voorbeeld van zo’n hoofdvraag is: ‘Wat voor invloed heeft klimaatverandering op het Nederlands landschap en hoe kunnen we het tegengaan?’ Bij zo’n vraag is je onderzoek nog niet specifiek genoeg. Je zult dan moeten kiezen tussen de twee vragen die je hebt gesteld.

  • Is het relevant? Het is altijd belangrijk om jezelf af te vragen of het onderzoek dat je gaat doen relevant is. Bij een hoofdvraag die uit een probleemstelling voortkomt is de relevantie vaak duidelijk. Het kan zijn dat jij ergens geïnteresseerd in bent, maar eigenlijk niet zo goed weet wat jouw onderzoek zou kunnen betekenen. Denk hier goed over na en heb het erover met je scriptiebegeleider. Naast het ‘waarom’ is het goed om helder te maken voor wie jouw onderzoek relevant is.

  • Passend bij studiegebied. Verschillende studies doen onderzoek op verschillende manieren. Zo is er bijvoorbeeld een verschil tussen kwalitatief en kwantitatief onderzoek. Waarschijnlijk ben je tijdens je studie al getraind in een bepaalde manier van onderzoek doen. Als je een hoofdvraag gaat bedenken voor je scriptie is het belangrijk dat de methode die daarbij hoort binnen jouw studiegebied past. Studies binnen de faculteit geesteswetenschappen baseren hun onderzoek bijvoorbeeld meestal op het interpreteren van informatie. Studies binnen de faculteit bètawetenschappen zullen hun onderzoek juist meer op letterlijke of kwantitatieve data richten. Kijk goed welke onderzoeksmethode bij jouw hoofdvraag hoort, zodat je hier niet mee in de knoop raakt.

Wat zijn géén goede hoofdvragen?

Hieronder volgt een overzicht met enkele voorbeelden van slechte hoofdvragen:

Voorbeeldvraag Wat is er mis mee?

Waarom bekeren veel mensen zich tot het Christendom?

De onderzoekspopulatie moet duidelijker gedefinieerd worden.

Speelt de huidige prestatiemaatschappij een rol in de mentale gezondheid van studenten?

Dit is een ja/nee vraag.

Welke natuurlijke processen zijn er aanwezig in de oceaan?

De vraag is te breed.

Kunnen we klimaatverandering tegengaan als we allemaal veganist worden?

Het is een ja/nee-vraag en de vraag is speculatief.

Wat is Art Nouveau?

Deze vraag is te simpel voor een hoofdvraag.

Wat voor invloed heeft het leenstelsel op studenten en wat moet er veranderen?

Het zijn twee vragen en de vraag is niet specifiek genoeg.

Soorten onderzoeksvragen

Er bestaan verschillende soorten onderzoeksvragen die ieder een andere onderzoeksmethode vereisen. Je kunt kijken onder welke soort jouw hoofdvraag valt. Als je nog geen hoofdvraag hebt, kan het je misschien helpen met het vormen van jouw vraag. Vaak vorm je uiteindelijk ook deelvragen die jou helpen om je hoofdvraag te beantwoorden. Deze vragen kunnen ook binnen een van deze categorieën vallen.

1. Beschrijvende vraag

Met een beschrijvende vraag breng je de kenmerken en eigenschappen van een bepaald verschijnsel in kaart.

2. Vergelijkende vraag

Met een vergelijkende vraag breng je de overeenkomsten en verschillen van meerdere verschijnselen in kaart.

3. Definiërende vraag

Met een definiërende vraag onderzoek je de verhouding tussen een bepaald verschijnsel en de klasse waartoe het behoort of kan behoren.

4. Evaluerende vraag

Met een evaluerende vraag ga je een bepaald verschijnsel beoordelen. Je bekijkt bijvoorbeeld of het voldoet aan een bepaalde norm.

5. Verklarende vraag

Met een verklarende vraag onderzoek je de oorzaken van een bepaalt verschijnsel, zo verklaar je waar het verschijnsel uit voortkomt.

6. Voorspellende vraag

Met een voorspellende vraag maak je een inschatting over wat er zou kunnen gebeuren of hoe iets zou kunnen ontwikkelen.

7. Ontwerpende of adviserende vraag

Met een ontwerpende of adviserende vraag probeer je een bepaald doel te bereiken. Je onderzoek helpt bijvoorbeeld bij het oplossen of verminderen van een probleem.

8. Toetsende vraag

Met een toetsende hoofdvraag meet je wat voor effect of invloed iets heeft op een bepaald verschijnsel.

9. Hypothetische vraag

Met een hypothetische vraag maak je aan het begin van je onderzoek een hypothese. Het doel van je onderzoek is om te toetsen of deze hypothese juist is.

De bijbehorende hypotheses bij deze vraag zijn dan:

  • H1: Als mensen 2 weken in quarantaine moeten zitten als gevolg van een coronabesmetting, dan maken ze meer gebruik van social media.

  • H0: Als mensen 2 weken in quarantaine moeten zitten als gevolg van een coronabesmetting, dan maken ze niet meer gebruik van social media.

Hulp van een professional

Zie je door de bomen het bos niet meer? Lukt het niet om met je scriptie van start te gaan? Dan is het wellicht een idee om scriptiebegeleiding van Scriptium in te schakelen. Onze begeleiders kunnen uitstekend helpen met het opzetten en verbeteren van je verslag of scriptie. Daarbij staan ze 7 dagen per week voor je klaar.

Mijke - contentschrijver

Mijke is blogschrijfster bij Scriptium. Ze studeerde Interieurarchitectuur aan ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten en studeert nu Design Cultures aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Naast haar passie voor schrijven houdt ze van lezen en toneelspelen. In haar vrije tijd wandelt ze graag door het mooie Amsterdam.

Mijke - contentschrijver

Mijke is blogschrijfster bij Scriptium. Ze studeerde Interieurarchitectuur aan ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten en studeert nu Design Cultures aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Naast haar passie voor schrijven houdt ze van lezen en toneelspelen. In haar vrije tijd wandelt ze graag door het mooie Amsterdam.

2 reacties

  1. Hallo Scriptium,

    Is dit een beschrijvende hoofdvraag? En ik vraag me af of het niet te beschrijvend is?
    Wat is bekend in de huidige wetenschappelijke literatuur met betrekking tot het gebruik van bacteriofagen bij de behandeling van antibiotica-resistente infecties?

  2. Hallo, dank voor je vraag. Dit is inderdaad een beschrijvende vraag. Meestal is zo’n vraag een (theoretische) deelvraag. Je kunt zo’n vraag omzetten in een meer analytische (toetsende) vraag door hem zo te formuleren:
     
    Wat is het effect van de behandeling met bacteriofagen op antibiotica-resistente infecties?
     
    Je huidige hoofdvraag kan dan eventueel als deelvraag worden opgenomen. Het laatste woord is echter aan je begeleider. Als hij/zij de huidige hoofdvraag goedkeurt, hoef je er niets aan te veranderen.

Laat een reactie achter

Je hebt al gestemd op dit artikel. Bedankt :-)
Wat vind jij van dit artikel?